De strafzaak tegen Desi Bouterse wordt op 30 oktober voortgezet. Vanwege COVID-19 en de maatregelen die door de regering waren genomen was de Krijgsraad genoodzaakt om de zaak een aantal keer uit te stellen.
De Krijgsraad beveelt Bouterse om op vrijdag 30 oktober om 09.00 uur op de zitting aanwezig te zijn. Op de zitting kan Bouterse dan zijn bezwaren aan de Krijgsraad voorleggen.
Tijdens de behandeling van de verzetszaak op 22 januari, is een aanvang gemaakt met het proces. Inhoudelijk kon de zaak echter niet behandeld worden, omdat de samenstelling van de Krijgsraad niet hetzelfde was als toen er in november 2019 vonnis werd gewezen in het 8-decemberproces.
De nabestaanden hopen dat de verzetsprocedure zo spoedig mogelijk wordt afgerond, zei Hugo Essed, advocaat van de nabestaanden, eerder aan Suriname Herald.
Of de oud-president die in persoon door de Krijgsraad is opgeroepen, ook daadwerkelijk komt opdagen is niet bekend. De advocaat van Bouterse, Irvin Kanhai, zei op 22 januari na de eerste zitting in de verzetzaak aan journalisten, dat met het verschijnen van Bouterse voor de Krijgsraad het proces van het verstekvonnis op gang is gekomen.
Hiermee is volgens Kanhai eveneens de ruimte voor het voorbehoud van excepties gemaakt. Wat de excepties allemaal zullen zijn, wilde Kanhai niet prijsgeven. Wel zei hij dat de excepties een verrassingselement hebben. Een exceptie is een verweermiddel in een proces, waarmede de gedaagde tegen de ingestelde vordering opkomt.
Kanhai gaf aan dat zijn cliënt niet meer voor de Krijgsraad hoeft te verschijnen gezien het proces op gang is gekomen. De raadsman zei het nog te zullen bespreken met zijn cliënt als die wel bij de volgende zitting aanwezig wil zijn. “Misschien wil hij komen”, zei Kanhai.(srherald)