PARAMARIBO – Acht objecten, tekens uit het Afakaschrift, krijgen in mei een permanente plek in een publieke ruimte van de Gemeente Hoorn in Nederland. “Ik ben trots dat een deel van Suriname permanent in Nederland te zien zal zijn”, reageert Marcel Pinas enthousiast tegenover de Ware Tijd.
De kunstenaar die vaak exposities in Hoorn houdt, is vooral blij dat zijn werk de gemeente is opgevallen. De objecten, die hij eerder in de tentoonstelling ‘Tembe Afaka’ in 2018 had getoond, zijn opgekocht en krijgen een permanente plek in de gemeente. Aan de onthulling van het monument is een soloexpo ‘Kuubuku’ (4juni- 4juli’) gekoppeld, waar Pinas zich nu op aan het voorbereiden is.
De tentoonstelling en onthulling van het monument waren voor december 2020 gepland, maar werden vanwege de Covid19-pandemie verschoven naar mei dit jaar. “Een heleboel activiteiten zijn vorig jaar naar de maan gegaan”, beaamt de artiest. Ook zijn eigen Tembe Art Studio (TAS) bleef daarvan niet bespaard.
Onder meer het Artist-inResidence-project in de voormalige bauxietstad Moengo in district Marowijne liep stagnatie op. Kunstenaars konden niet meer afreizen. Maar 2020 heeft Pinas niet alleen slechte momenten, maar ook goede zaken gebracht. “Ik had bijvoorbeeld activiteiten op Guadeloupe, in Nederland, Frankrijk en Oost-Europa. In deze landen zou ik dan het werk dat in Moengo wordt gedaan en mijn eigen werk internationaal presenteren”, vertelt hij. “Een pluspunt van de hele situatie is dat ik goed heb kunnen evalueren hoe verder.”
De normale werkmethode viel vanwege Covid-19 weg. “We moesten creatief zijn en een andere aanpak bedenken en die werd meer op social media bezig zijn en programma’s ontwikkelen over de TAS.” Hieruit vloeide ook voort Tembe Tori, een eigen krant die werd uitgebracht. Ook televisie en radio zullen worden aangeboord. “Alles dat we voor later hadden uitgestippeld, gaan we nu uitvoeren. We moeten de mensen warm blijven houden, zodat wanneer de massa weer mag het voorbereidend werk dan al is gedaan.”
Met enkele jongeren worden delen van de marroncultuur voor het onderzoekscentrum vastgelegd. Nog deze maand is het team van plan om de ruimtelijke objecten en de studio’s een opknapbeurt te geven. Verder zullen er een paar nieuwe instrumenten worden aangeschaft. “Waar we naar toe werken is om eind januari alles ready te hebben, zodat als de scholen in en rondom Moengo weer open mogen, wij ze weer in het museum mogen ontvangen voor een educatieve dag.”
Hoewel de pandemie bij veel organisaties financiële frustraties zorgt, blijft het Prins Claus Fonds de TAS ondersteunen. Ook het Moengo Festival is volgens Pinas niet van de baan. “Zodra de Covid-19-situatie achter de rug is gaan we er hard tegenaan.”